Oud-Katholiek IJmuiden

Columns | December 2012 - Tussen Sint Nicolaas en Sint Silvester

Tussen Sint Nicolaas en Sint Silvester

Op 5 december is het Sinterklaas, het ultieme kinderfeest. Een avond vol met lekkers en presentjes, met gedichten en surprises, met chocolademelk en speculaas. En niet alleen voor de kleuters maar ook voor de kinderen die al lang volwassen zijn.

En op de 31e is het de dag van de heilige Silvester. Oudejaarsavond. Dan kijken we terug op het afgelopen jaar. En of je nu viert dat dit rotjaar eindelijk voorbij is, of je met plezier terugdenkt aan wat je de laatste maanden hebt mogen meemaken, het wordt gevierd met heel veel lekkers, waarbij oliebollen en champagne de traditionele elementen zijn, maar nog maar het begin van véél meer lekkers.

Twee feesten van vreugde, overvloed, luxe. Ook in 2012 zal dat zo zijn, ondanks de huidige financiële crisis. Even leek het er op dat er wat bescheidener uitgegeven zou worden voor sinterklaasavond. Speelgoedwinkels zetten 30% minder om, maar al spoedig bleek dat de procenten gewoon ergens anders waren uitgegeven. Internetwinkels en ook drogisterijketens verkopen nu ook speelgoed. We hebben blijkbaar nog steeds genoeg.
En tussen die twee feesten hebben we ook wat te vieren. Eerst de Advent, periode van hooggespannen verwachting en dan het feest van “in de mensen een welbehagen”, Kerst. De mooie, sfeervolle geschiedenis, die zo prachtig afloopt. En zo bekend, dat allerlei andere vertellingen die verdrietig beginnen maar mooi aflopen ook de naam “kerstverhaal” gekregen hebben.

Net als die zogenaamde kerstverhalen begint het echte verhaal triest. Een gedwongen reis, te voet, naar een onzekere bestemming. En als Jozef en Maria dan eindelijk aankomen in Bethlehem, dan worden ze geweigerd door de herbergier. Wat een vergissing van die man. Hij had net zo beroemd kunnen worden als de herders.
Was het echt vol in de herberg, of wilde de waard die armoedzaaiers uit het verre noorden gewoon niet binnen hebben? Een hoekje in de stal is alles wat er voor ze is. En denk dan maar niet aan de luxe onderkomens die de koeien hier hebben. Enigszins beschut tegen wind en regen. Veel meer zal het niet geweest zijn.

Ook nu zijn er mensen die hun huis, hun land, hun familie verlaten. Gedwongen door oorlog, honger of armoede of door alle drie. En die maken dan een lange reis vol onzekerheid, misschien wel naar herberg Nederland, want daar is van alles genoeg. En ook hier is er dan een herbergier, die zegt: “nee, sorry, geen plaats”. Is er echt geen plaats? Natuurlijk wel. Als we met 15 miljoen mensen meer dan genoeg hebben, dan is er wel plaats voor een paar duizend extra. Nederland wíl ze gewoon niet binnen hebben, die armoedzaaiers uit het verre oosten of zuiden. Maar we willen “humaan” lijken, dus we noemen ze niet “ongewenst” maar “uitgeprocedeerd”. Een tentenkamp in Amsterdam-Osdorp is alles wat er dan nog voor ze is. En denk maar niet aan onze luxe campings. Veel meer dan een beetje beschutting tegen regen en wind is er niet.

Wat kunnen wij eraan doen? Misschien direct niet zoveel. Maar wordt er ergens over “die asielzoekers” gepraat, denk dan even aan die waard van de herberg in Bethlehem voordat je reageert.
En als het er weer van komt dat je in een hokje een vakje rood moet maken, denk dan ook even aan die waard.

Want zoals de waard is ….

Hans vd P