Oud-Katholiek IJmuiden

Columns | Juni 2014 - Over Bidden (I)

Over Bidden

Deze maand hebben we een bijzondere column voor u. Carla bewerkte een preek van pastoor Robert en voegde er haar eigen, zeer persoonlijke verhaal aan toe. We publiceren deze column in drie delen, die ook apart zeer de moeite waard zijn. Deze keer het eerste deel. Natuurlijk wordt u nieuwsgierig naat het vervolg. Kom daarvoor volgende maand terug op deze pagina.


 

Over Bidden (Deel 1)

Sommige preken zijn zo speciaal, dat ze  je bij blijven. Onderstaand stuk is de eerste helft van zo'n preek. In de volgende maand kunt u het tweede deel van deze preek lezen. Nog weer een maand later een persoonlijk verhaal naar aanleiding van deze preek. De preek is van Robert Frede, pastoor van de oud-katholieke parochie van de H. Adelbertus in IJmuiden.
Carla van Leeuwen

Preek

naar aanleiding van
Genesis 18, 20-33
Kolossenzen 2, 6-15
Lucas 11, 1-13

Ik was bij een oude mevrouw op bezoek, en die zei me: “Ik heb het zo zwaar.
En ik bid maar steeds tot God om een beetje verlichting, maar het blíjft zwaar.
En nu ben ik zo bang dat God me niet verhoort omdat hij vindt dat ik zo zeur, omdat ik steeds maar blijf vragen.”
Ik was onder de indruk, want inderdaad, ze had het niet makkelijk, maar ze voelde zich als een klein kind dat maar om een koekje bleef vragen. Het was duidelijk dat ze vroeger geleerd had dat het niet netjes is om maar te blijven drammen.
Maar ze híeld het niet meer, dus ze moest wel doorgaan.
En of dat wel kon, was de vraag.
Heer, leer ons bidden.
Als het bidden je makkelijk afgaat en als je je er wél bij voelt, dan stel je zo’n vraag niet. Pas als het bidden een probleem wordt, ga je je afvragen: hoe dóe ik dat eigenlijk, bidden?
Hoe hebt ú het geleerd, vroeger?
Thuis waarschijnlijk…,
aan tafel om te danken…,
voor het slapen gaan om de dag te overzien wat goed was en wat verkeerd…
In de kerk om ons leven in Gods licht te stellen…
Zo leerden we het ‘Onze Vader’, andere formuliergebeden, misschien ook wel een vríj gebed.
Er zijn zóveel manieren om te bidden.
En bij welke manier voel je je thúís?
Ís er een manier van bidden die je góed doet?
Heer, leer ons bidden.
Het is een leerling die deze vraag stelt, en Jezus geeft een heel ruim antwoord.
Hij geeft de woorden van het gebed dat wij het ‘Onze Vader’ zijn gaan noemen.
En daarna vertelt hij de parabel van die man die zijn vriend ’s nachts lastig valt om een andere vriend te eten te kunnen geven.
Uiteindelijk kríjgt hij wat hij verlangt. Ondanks… nee dánkzij het aandringen!
Dat is meteen een antwoord op de vraag van die oude dame waarmee ik begon:
we hoeven niet bang te zijn dat God vindt dat wij zeuren, wanneer we om iets bidden.
Vragen mág, ook al vind jezelf misschien dat je aan het zeuren bent.
Wees niet bang: God hoort je toch wel, Hij ziet wat er omgaat in ons hart, al wat ons bezwaart en alles wat ons opwekt.
Gods agenda is nooit te vol voor nóg een vraag. Tenslotte is God gróter dan ons hart.